ZWOLLE - Ze kreeg ontslag omdat ze niet meer in de kerk kwam. Dat mag, heeft de rechter nu geoordeeld. Voor de Zwolse peuterjuf Petry van der Weerd is het oordeel een bittere pil.
Het was een zure appel voor peuterjuf Petry van der Weerd (29) uit Zwolle. Het College voor de Rechten van de Mens gaf haar deze week nul op het rekest bij het aanvechten van haar ontslag bij het christelijke kinderdagverblijf De Kleine Reus in Zwolle. Ze vindt dat ze was gediscrimineerd en dat de directie onderscheid had gemaakt 'op grond van godsdienst' - en dat mag volgens de grondwet niet. Maar het college vindt dat het christelijke dagverblijf in zijn recht stond. Want ja, inderdaad, discrimineren mag niet - maar het wordt andere koek als zo'n baas eisen gaat stellen aan een werknemer op godsdienstig of levensbeschouwelijk vlak als dat nodig is voor de identiteit van zo'n instelling. Dat mag namelijk wel.
Het is het einde van de rechtsgang voor Petry. Hoger beroep is er niet. Uiteraard stelt het haar 'zwaar teleur' dat ze het ongelijk aan haar zijde heeft gekregen. Het is ironisch, dat ze haar 'niet christelijk genoeg' achtten. "Het werd me vooral kwalijk genomen dat ik niet meer in de kerk kwam."
Opvoeding
En toch kreeg ze een streng-christelijke opvoeding, nadat een Kamper ouderpaar haar als baby adopteerden. Ze zaten bij de gereformeerde gemeente. "Dat betekende: geen televisie, met een hoedje op en een lange rok tweemaal op zondag naar de kerk." En ze werd naar Pieter Zandt gestuurd in Kampen - de middelbare school op orthodox-christelijke leest.
Na school, in 2002, werd ze vrijwilliger bij De Kleine Reus in Zwolle. Ze was gewoonweg voor het vak geboren, zei het echtpaar dat thuis een opvang was begonnen en weldra verhuisde naar een ruimte bij gereformeerde basisschool De Sprankel: zes op de zeven peutertjes gingen daar later toch al heen - het was een goeie plek. Ze mocht bij de Kleine Reus blijven werken en ze zag haar bazen op zondag tweemaal in de kerk. Het was zonneklaar dat het met het geloof ook wel goed zat. Het werd een vriendschap en die bleef ook bestaan toen ze op haar 21ste ongewenst zwanger werd. Haar zoon mocht daarmee mee naar de opvang, als ongehuwde moeder rondde ze de opleiding af en in 2010 kwam ze officieel in dienst.
Goed christen
"Het College van de Rechten van de Mens concludeert nu dat het duidelijk was dat een 'meelevend christen in een eigen kerkelijke gemeente' een voorwaarde was voor de baan, dat stond bijvoorbeeld in een vacaturetekst in 2011. Maar ik ben gevraagd en heb nooit iets getekend." Alles ging op rolletjes, tot ze in een functioneringsgesprek eerlijk zei dat ze niet meer naar de kerk ging. "Ik heb echt gezocht in Zwolle, maar ik vond niets wat bij me paste. Je ontwikkelt je als mens en ik kwam tot de conclusie dat ik geen kerk nodig had om een goed christen te zijn." Op het werk deed ze keurig wat verlangd werd: er werden christelijke liedjes gezongen, bij de boterhammetjes las ze voor uit de kleuterbijbel en 's ochtends schalde muziek van Elly en Rikkert door het zaaltje.
Maar het werd een breekpunt. Er werd haar te verstaan gegeven: een kerk zoeken of weggaan. Want bij 'christelijk zijn' hoort een kerk - vond het echtpaar. Bij het college bleek wel hoe recht ze in die leer zijn: "Christelijke aspecten van het werk moeten oprecht en doorleefd zijn", zeiden ze daar. "Niet in een vorm van aangeleerd gedrag, maar als vorm van zijn. Een christen moet het geloof voeden om het gezond te houden, zoals een lichaam. Regelmatige kerkgang en jezelf laten aanscherpen door prediking voorziet in deze noodzakelijke voeding."
Dat ze een een voortreffelijke kinderjuf was? Dat was boven elke twijfel verheven. "Maar kinderopvang hier is meer dan het goed voeden en verzorgen van baby's en kleuters."
Water bij de wijn
Petry: "Hoe meet je een geloof. Aan de kerkgang of aan de manier waarop je leeft?Ik bid hier thuis met mijn zoon en lees voor uit de Bijbel." Maar een rechter kijkt naar wat er op papier staat en minder naar de omstandigheden die er in een parkeerbaan omheen cirkelen. Na het conflict kreeg Petry een jaar de tijd om ander werk te zoeken. Of om naar de kerk te gaan. "Ik had water bij de wijn kunnen doen. Als ik had gezegd dat ik bij mijn ouders in Kampen kerkte was het goed geweest.Maar ik wilde oprecht zijn." Principieel zijn doet pijn. Na haar laatste werkdag op 31 januari 2013 is ze zonder werk gebleven; de sector krimpt immers.
Bijstand is het nu, in een karig ingericht huis. Elk dubbeltje omdraaien. "Beter hier met een opgeheven hoofd aan tafel, dan schijnheilig in de kerk", zegt ze.
Bron
Wat vinden jullie van deze uitspraak?